Een onafhankelijke vereniging die kennis over, en dialoog met, China als doelstelling heeft.

Een onafhankelijke vereniging die kennis over, en dialoog met, China als doelstelling heeft.

ANGST VOOR CHINA

Chinese studenten waren jarenlang welkom op Nederlandse universiteiten, maar onze gastvrijheid lijkt abrupt ten einde te zijn gekomen. Martin de Jong, hoogleraar brede welvaart aan de Erasmus Universiteit Rotterdam en vroeger hoogleraar verstedelijking en infrastructuur-ontwikkeling in China aan de TU-Delft, werkt al jarenlang met Chinese promovendi en studenten en vraagt zich af of het afwijzen van Chinese studenten wel het juiste antwoord vormt op de nieuwe geopolitieke situatie in de wereld.

Van heel gewenst naar heel risicovol

Er was een tijd dat we ze graag wilden hebben. Er was een tijd dat ze in drommen door de gangen van universiteitsgebouwen liepen en arbeidsplaatsen vulden die Nederlandse kandidaten niet konden vullen. Er was een tijd dat medewerkers in secretariaten en aan kantines extra tijd nodig hadden om hun onzekere en stuntelige Chinglish om te zetten in voor botte poldermensen bruikbare actie. Maar we hebben ze nu kennelijk niet meer nodig, die Chinese masterstudenten en promovendi. Zelfs als ze hun eigen beurzen meenemen (geld van hun ouders of beurs van de China Scholarship Council) mogen ze van de meeste universiteitsbesturen niet meer komen. En als ze werken voor een van de zeven instituten die juridisch vallen onder het Chinese Ministerie van Defensie (de zogenaamde ‘zeven zonen’) dan is zelfs enigerlei vorm samenwerking met hen uitgesloten, ook al zijn ze werkzaam op een heel ander vakgebied, ooit in Nederland afgestudeerd en gepromoveerd en hebben ze jarenlang met je samengewerkt. De CIA stelde ooit een lijst op van gevaarlijke instellingen en vreemd genoeg staan daar bijna alle Chinese partijen op. Medium risk, high risk, very risk, fatal risk. Low risk is China natuurlijk nooit. Nederlandse universiteiten weten van de hoed maar niet van de rand en volgen gedwee. Amerika is natuurlijk altijd low risk, luistert nooit anderen af, deelt technologische kennis altijd vrijgevig met ontwikkelingslanden zodat die zich gunstig kunnen ontwikkelen en dwingt wereldmarktleiders in de chiphandel nooit handelsbeperkingen af.

Het grootste gevaar komt van de zonen

Geopolitiek heet dat. Zorg over diefstal van hoogwaardige technologische kennis, en in de eerste plaats natuurlijk militaire kennis. En een deel van die vrees valt natuurlijk goed te begrijpen. Bepaalde Chinese partijen willen wetenschappelijke inzichten zo goedkoop mogelijk weghalen en daar weinig of niets voor teruggeven. Op terreinen als Kunstmatige Intelligentie en Robotica zijn ze ons al lang en breed voorbij en dat gat wordt steeds groter in plaats van kleiner. De Chinese regering kan harmonie met de mond belijden en in daden agressieve dominantie in de Oost- en Zuid-‘Chinese’ Zee tonen. Er lopen mogelijk fanatieke partijleden rond in Europese landen die gevoelige signalen doorsturen naar Peking. En over bepaalde politieke onderwerpen is tussen de gemiddelde Nederlander en Chinees uit de Volksrepubliek niet of nauwelijks een zinvol gesprek mogelijk. Toch heeft gebrek aan gevoeligheid over de exacte situatie in China tot veel ondoordachte en tot op zekere hoogte ongerechtvaardigde vrees geleid die de Verenigde Staten wellicht behaagt, maar Europa in het algemeen en Nederland in het bijzonder tot nadeel zijn. Zijn de Chinese masterstudenten en promotiekandidaten die hun land verlaten om hier in het ‘vrije Westen’ te studeren en hun kritische geest te scherpen het juiste slachtoffer van onze geopolitieke kortzichtige ingrepen om onze markt te beschermen? Sommigen van hen zagen er juist een ideale gelegenheid in om de extreme werkdruk en ideologische dwingelandij van hun moederland tijdelijk of permanent te ontvluchten. Velen van hen leverden een cruciale bijdrage aan het onderzoeksprogramma van de hoogleraren voor wie ze werkten of maakten deel uit van Chinees-Nederlandse netwerken waarin wederzijds geleerd werd op het gebied van milieubescherming, klimaatverandering of afvalbehandeling. De Nederlandse ambassade en consulaten proberen te etaleren dat ze ertoe doen, en dat Chinees-Nederlandse onderzoekssamenwerking nog net zo wordt gewaardeerd als vroeger. Maar de Chinese onderzoekers in Nederland weten inmiddels al lang hoe de vlag erbij hangt; ze voelen zich ongewenst.

Daar is het gat van de deur

Hun superieuren zijn nog wel aardig tegen hen en bezweren dat het allemaal niet zo bedoeld is. Ze weten dat ze hun huidige contract eventueel mogen uitdienen, maar daarna is het toch waarschijnlijk wel min of meer einde verhaal voor hun productieve carrière in het land van de mensenrechten. En nu heeft de nieuwe Nederlandse regering ook nog eens besloten dat onderwijs en wetenschap eigenlijk niet zo belangrijk zijn, maar het buiten de deur houden van vreemdelingen juist wel buitenparlementaire actie en het opzoeken (eventueel overschrijden) van de grenzen van de rechtsstaat rechtvaardigt. Tijd voor menigeen om redelijk gedesillusioneerd terug te keren naar het land van herkomst. De Chinese studenten kwamen voor de academische vrijheid, voor de roemruchte kwaliteit van leven in Europa, voor die topuniversiteit waar ze toch tegen een betaalbaar tarief hun carrière konden aanvangen en voortzetten, of die hoogleraar waar ze al hun hele studie tegenop keken vanwege zijn/haar hoogwaardige publicaties die zomaar online beschikbaar waren. Maar daar wacht het gat van de deur: terug naar de dwingelandij van de Volksrepubliek die ze juisten hadden willen ontvluchten en terug naar de hoogleraren die hen bij nacht en ontij oppiepen om een commercieel rapportje af te ronden dat weinig of geen wetenschappelijke waarde heeft. Let op, over een paar jaar zullen de gangen in de Nederlandse faculteiten grotendeels leeg zijn, want de nieuwe instroom is bijna tot het nulpunt gedaald. Terwijl hun inzet gezien lagere budgetten en personeelstekorten misschien wel meer dan ooit nodig is om de wetenschappelijke ontwikkeling voort te stuwen. Net nu de secretariaten aan Chinglish gewend zijn en de Chinese studenten in prima Engels hun broodmaaltijd kunnen bestellen. Chapeau, Nederland!